Skip to main content

Vroeger. Tolrecht.



Vroeger. Tolrecht.
Na de Franse tijd kwam  het tolrecht in Nederland in handen van de Rijks- en Provinciale overheid. Alle doorgaande wegen vielen onder de verantwoordelijkheid van het Rijk en de   Provincie, alleen de stads- en dorpsstraten werden door de gemeenten beheerd. Die wegen moesten natuurlijk onderhouden worden en dat kostte geld. Dat geld moest worden opgehaald door tollen te plaatsen en te verpachten op alle doorgaande wegen.

Verpachting.

Eens per één, twee of drie jaar werd er in een gemeentehuis of een herberg een verpachting gehouden door een notaris. Door middel van advertenties in de krant werden tijd en plaats van de verpachting aangekondigd,  daar konden gegadigden zich melden.

De verpachting ging per opbod en afslag, de hoogste bieder was dan voor zoveel jaar de pachter. Dat waren dus mensen die het nodige geld hadden om in een tol te beleggen. De pachters gingen niet zelf aan de slagboom staan, zij stelden daarvoor een arme stakker als tolgaarder aan. De tolgaarder moest dag en nacht paraat staan om het hek te openen en het tolgeld te incasseren.

Een advertentie van 1868:

“Op Zaterdag 5 December 1868 worden gegadigden ten raadhuyze verwacht des voormiddags 10 ure omdat in het openbaar zal worden verpacht de heffing van het tolgeld op de gemeente grindweg over den Oude Heijningsedijk en zulks voor de tijd van drie jaren, aanvang middernacht tusschen  den 31e December 1868 en 1e Januari 1869 en eindigende middernacht  tusschen den 31e December en den 1e Januari 1872.”

De tollen rond Fijnaart en Heijningen.

Op een militaire stafkaart uit 1836 is te zien hoe Fijnaart geheel omringd was door zes tollen:

1. In Zevenhuizen bij de Hoge Heijningsedijk, de toegang naar de Princenlandsebrug en de weg richting Willemstad

2. Midden in  ht dorp, (toen nog de rand) de driesprong Molenstraat-Appelaarseweg, de toegang naar Oud Gastel en Heijningen.

3. Op de driehoek Kadedijk-Blaaksedijk-Boerendijk, de toegang naar Klundert en Barlaque.

4. Halverwege de Boerendijk voor de afslag Tweede Kruisweg, de toegang richting Klundert.

5. Stadsedijk hoek Krukweg, de toegang naar Willemstad en

6. Zwingelspaansedijk hoek Langeweg toegang richting  Klundert en Fijnaart.

Tolgeld.

De toltarieven in onze omgeving waren niet mals:

--Voetgangers gratis.

--Man met paard 2 ½ cent.

--Rijtuig met paard  5 cent.

Ook voor het gebruik van slechts een klein stukje van de weg moest men het volle pond betalen.

5  cent staat in deze tijd voor ongeveer 70 eurocent.

Genoeg is genoeg.

Op een zeker moment had men in Fijnaart schoon genoeg van die tollen. In de Provinciale Noord Brabantsche Courant van 15 oktober 1872 stond het volgende bericht:

“Fijnaart 10 Oct. In de zitting van den 8 dezer is door de gemeenteraad van Fijnaart en Heijningen een adres aan de Provinciale Staten vastgesteld ten einde deze een besluit zouden nemen om door afkoop van de tollen op de gemeente grind- en straatwegen, de tolheffing  daarop, zoowel als op de rijks- en provinciale wegen in deze provincie, te doen vervallen, te rekenen van 1 Januari 1873. Het ware te wenschen dat ook andere belanghebbende gemeenten, zich met gelijk doel tot de Provinciale Staten wendden, om zoo door gezamenlijke poging ijverden tot wegneming van een belangrijk bezwaar, dat voortdurend bestaat, zoolang niet alle tollen zijn verdwenen.“

De gemeenteraad had succes want anderhalf jaar later, op 9 februari  1874, werden de tollen in onze gemeente opgeheven en de hekken en tolbomen in het openbaar verkocht.

 

Advertenties